zaterdag 29 november 2008

Druppelsgewijs

1
Ik hoor een presentator van een literair tv-programma zeggen tot Naema Tahir: 'Jij schrijft over iemand die wanhopig op zoek is naar wortels.' Ik maak de ontdekking mee van het groenteproza.

2
Polemiek en discussie in Nederland: bellenblazen voor dovemansoren.

3
- 'Had ik maar in de negentiende eeuw geleefd, dan had ik nog veel personeel gehad.'
- 'Dan was je waarschijnlijk personeel geweest.'

zaterdag 15 november 2008

Gat in de geschiedenis

Net op de dag van de Amerikaanse verkiezingen vertrek ik naar Suriname. Voor een nieuwshongerig type is dat een kwelling. Ik zit in een vliegtuig en in het vliegtuig ben je terug in het stenen tijdperk.
Zo’n apparaat mag een wonder zijn, en gezien het feit dat het zich met vierhonderd inzittenden moeiteloos boven de aarde weet te verheffen maakt ’t welbeschouwd ook tot een wonder. Dan reken ik het mooie uitzicht nog niet mee. Maar je kunt in dat wonder niet telefoneren, de toiletten zijn van kampeerterreinniveau en nieuws op de beeldschermen is er niet. Waar halen ze al die brave filmpjes vandaan? ’t Ergst van alles is het volkomen ontbreken van wereldnieuws. Een halve dag is lang.
Er slingert een Le Monde van gisteren rond die ik dan maar spel. Carlos Fuentes oppert de mogelijkheid van een Al Qaeda-aanslag vandaag. Een andere commentator brengt nog eens in herinnering dat Obama op het laatste moment vermoord zou kunnen worden. Ik zweef er majesteitelijk boven en weet van niets.
Het is een uur rijden van het vliegveld naar Paramaribo. De jungle maakt plaats voor hutten en de hutten maken plaats voor steeds rijker ogende stenen bouwsels. Ik zie branden die in de tropische hitte oplaaien en mannen die zitten te hengelen in de sloot, met hun rug naar de weg. Ik zie Indiase kitschtempels, witte moskeeën in het avondrood en een oud kerkhof dat ‘Welgedacht’ heet. Maar het lot van Obama kwelt me en het besef dat het een hete nieuwsdag is. ‘America makes history’ lees ik op een zuil. ’t Is verdomd niet de eerste keer dat America history maakt, maar toch: pestkoppen.
Ons gezelschap komt aan in het hotel. Er wordt eten en drinken gebracht, maar het televisiescherm in de lounge lonkt. Er bewegen danseressen op, er volgt reclame voor een Chinese toko in de Hartebloedstraat, maar geen nieuws. Het is een bejaard toestel, begrijpen we.
Op de hotelkamer gaat het beter. Meerdere zenders, waaronder BVN, het Beste van Vlaanderen en Nederland. Amerikaanse verkiezingen vallen blijkbaar onder Nederland. Hilversum heeft er weer een familiefeestje van gemaakt, met de vaste jongens, die voornamelijk in de weer zijn te laten zien met hoevelen ze naar New York zijn getrokken.
’t Is nog te vroeg voor een uitslag en ik val in slaap. Om vijf uur in de nacht sta ik op. Ik voel dat het zover is. Obama leeft en heeft dik gewonnen. Oeff.
Bij het ontbijt zegt een blanke man uit ons gezelschap tegen de zwarte serveerster: ‘Hartelijk gefeliciteerd met de overwinning van Obama.´
Jullie gefeliciteerd,’ antwoordt ze, zonder een moment van aarzeling.